Lokstroom voor gelukszoekers
Wat een fascinerend tafereel vastgelegd door Andres de Rouville!
Maar wat zien we hier eigenlijk? Springende visjes, maar spelen ze een spelletje? Proberen ze het water te ontvluchten? En waarom dan?
Dat het niet zomaar springende visjes zijn zie je wel aan de gerichte pogingen om hogerop te komen. En dat heeft ongetwijfeld alles te maken met dat stroompje water. Niet zo gek dat dat een ‘lokstroom’ wordt genoemd. Alle vissen zijn er gevoelig voor maar met name ook karpers. Vooral in de maanden april tot en met juni zijn die stroompjes ware magneten. Zeker als het gaat om iets warmer water dan waar de karpers in zwemmen. En ik vermoed dat in de paaitijd ook de geur van het water een rol speelt. Als plantenrijk(er) water uitstroomt in plantenloos water trekt dat karper.
Maar terug naar dit tafereel. Je wou toch niet zeggen dat hier paaidrift een rol speelt? Het zijn eenzomerige karpertjes ofwel vingerlingen. Dan zijn die karpertjes er wel heel vroeg bij! Maar als het geen voortplantingsdrang is wat dan wel?
Wij komen niet verder dan ingebakken migratiedrift die wordt uitgeleefd op dit aanlokkelijke stroompje. Gelukszoekertjes die uit zijn op een mogelijke verbetering van de leefomstandigheden. Dat lijkt misschien een beetje weinig als verklaring, maar migratie is een overlevingsstrategie die karper wel degelijk kan redden van een wisse dood. Voor het overleven van de soort (niet alleen bij karpers) is het zelfs noodzakelijk dat er drang is naar de andere kant van de horizon. Ik vraag me wel af of het beloofde land voor de karpers die de sprong waagden en slaagden niet is tegengevallen: een iets grotere vijver, niet veel meer dan dat… Krijgen de thuisblijvers toch weer gelijk?